Hallo iedereen,

Plan verbaast me elke keer weer. Ik had een maand geleden gemaild dat ik in Dhaka zou aan komen. Onderweg naar Dhaka kwam ik geen internet tegen. Dus stuurde ik ‘s ochtends om 9 uur een mailtje dat ik in Dhaka gearriveerd was en wat mijn adres was. Om 5 uur staat er een medewerker van Plan voor de deur! Ook Amy is verbaasd, ze is gewend hoe de mensen in Bangladesh werken en dat is niet zo vlug. Plan regelt mijn bustrip naar het Saidpur (Noord West Bangladesh). Ik betaal natuurlijk. En op de dag van vertrek wordt, ik keurig opgehaald door een Plan medewerker en hij brengt me naar het bus station. Hij zorgt voor me tot ik in de bus zit. Stel je voor dat me dat niet zelf lukt. Na 7 uur bussen op zijn Banladeshsies kom ik aan in Saidpur en waarachtig daar staat weer een medewerker me op te wachten. Hij brengt me naar het hotel en dat is een hotel van Plan????? Ze hebben een eigen hotel? Hoezo dat? Ze hebben het gebouw “gekregen” van de Canadese bedrijven die het spoor hebben aanlegden, hun mensen verbleven daar. Plan heeft het ingericht als kantoor met een aantal kamers waar gasten kunnen slapen. Deze streek van Bangladesh is het armste deel van Bangladesh, vandaar dat Plan er nog al actief is. Dus veel medewerkers reizen hier rond en dan is het goedkoper om een eigen verblijfplaats te hebben dan iedereen in hotels te laten overnachten. Het eten is echt fantastisch en er zijn ook enkele andere gasten. Waaronder een Nederlandse die in Zimbabwe werkt en Frances een Canadese professor in de Psychologie die aan de universiteit van Dhaka werkt. Over haar later meer. Oh by the way ik betaal zelf voor de overnachting en eten.

De volgende ochtend vertrekken we. Frances gaat met mij mee omdat ze een meeting heeft in het veldkantoor in Jaldhaka. Die is ‘s middags en de ochtend gaat ze met mij mee het veld is. In de auto staat me nog een verassing te wachten: ik krijg een overzicht van de status van Zonab Ali en zijn familie (spreek uit als Jonab Ali). Blijkt opeens dat hij ook nog een zusje heeft! Ze heeft een aantal jaar bij familie gewoond en is nu terug gekomen. Oeps, niks voor haar bij me. Ik heb voor Zonab Ali een voetbal gekocht en voor zijn broertje een badmintonset. Gelukkig had ik van de sportzaak een kleine sporttas gekregen en die kan ik wel aan haar geven. Paul (Plan medewerker) legt uit dat het verkrijgen van informatie over de familie status, in deze dorpen nogal een probleem is. Er verandert van alles en dat wordt niet altijd aan Plan door gegeven.

Het is een uur rijden en ik wordt hartelijk ontvangen, zelfs de deur is versierd. Ze hebben hier erg weinig sponsorouders die nu sponsorkind komen bezoeken. Ik ben de eerste dit jaar en vorig jaar 0 en daarvoor 2. Ik ben ook de eerste die het dorp waar Zonab Ali woont gaat bezoeken. Zoals de meeste van jullie al weten gaat het geld waarmee je het kind sponsort niet rechtstreeks naar het kind. Het geld wordt gebruikt om de gemeenschap waar het kind in woont te verbeteren. Hierbij neemt Plan altijd het kind als uitgangspositie. In het gebied waar Zonab Ali woont, zijn ongeveer 5300 sponsorkinderen in 18 dorpen. Hierdoor hebben ongeveer 13.500 mensen baat bij de ontwikkelingen.

Ik heb een druk programma: eerst het bezoek aan Zonab Ali en daarna verschillende projecten die Plan heeft gedaan. We gaan op weg naar Koimari, het dorp. We rijden langs veel rijstvelden en kleine dorpjes. Om uiteindelijk uit te komen in een dorp van rieten hutjes. We draaien de hoek om en daar is het: Een hutje van gevlochten riet, versierd met vlaggetjes. Er is een soort veranda gebouwd met daaronder een tafel met stoelen. En natuurlijk staat het hele dorp er om heen. Ik word voorgesteld aan Zonab Ali en hij is zo nerveus als het maar zijn kan. Vader, moeder, broertje en zusje volgen. Ik moet gaan zitten aan de tafel en krijg een bloemenkrans omgehangen. Frances wordt gezien als mijn vrouw?? Hoewel ze de 50 al gepasseerd is. Maar wat geeft het. Het hele dorp dringt om onze veranda heen, soms moet er iemand orde gaan houden. Iedereen wil die rare blanke zien.

 

Klf-040303-004

De communicatie verloopt moeizaam. Je krijgt op elke vraag een heel kort antwoord. Moeder en broertje zijn zo gespannen dat ze bijna gaan hyperventileren. Ze dekken de tafel met fruit (appels, bananen & mandarijnen), onbekende vruchten en zelf gebakken cake. Een soort gefrituurde appelschijf, maar dan zonder appel. Erg lekker. Ik overhandig de familie de cadeautjes en krijg een bijna onhoorbare “Thank you” van Zonab Ali te horen. Verder vertonen ze geen emoties. Ik weet niet of hij het leuk vindt of geweldig of niet weet wat hij er mee aan moet, of dat hij liever de badmintonset had gekregen of wat dan ook. Voor vader en moeder had ik lokale zoetwaren meegenomen op aanraden van de Plan medewerker. En natuurlijk moet ik die ook proeven. Zonab Ali voert mij er 1 en ook Frances moet er aan geloven. Zonab Ali haalt een map te voorschijn waarin de laatste brief zit die hij ontvangen heeft. Hij is van mijn moeder die de correspondentie waarneemt terwijl ik op reis ben. Daarbij zit een foto van mij (toen zat mijn haar nog goed) en mijn neefje Ravi.

Klf-040303-002

Na het eten lopen we naar de school van Zonab Ali. Het hele dorp loopt achter ons aan. Het is kennelijk een vrije dag, want de school is gesloten. Ik kom er niet achter of dat er een speciale feestdag is of dat het is omdat ik te gast ben. De school is klein en de kinderen krijgen maar een halve dag les (de lage groepen ‘s ochtend en de hogere ‘s middags). Plan heeft o.a. het lesmateriaal geleverd. Op een kaart van de wereld leg ik uit waar ik woon en hoe ik gereisd ben naar Bangladesh. Weinig reactie. Ik maak kennis met een aantal vrienden van hem en ze willen gewillig op de foto. Ik krijg van Zonab Ali te horen dat hij graag onderwijzer wil worden. We lopen terug naar zijn huis en nemen afscheidt. Een aantal kinderen hollen achter de auto aan.

We gaan naar de pre-school in het dorp. Hier worden de kleine kinderen van 3 a 4 jaar voorbereidt op de primary school (zeg maar de lagere school). De kinderen in dit soort dorpen hebben een achterstand in hun ontwikkeling. In een jaar tijd leren een aantal basis dingen zoals het alfabet, de cijfers, tekenen en spelen met blokken, zand, water en vormen. Dingen die voor kinderen in het Westen heel gewoon zijn, maar die hier niet kunnen. Welk kind heeft hier een potlood en papier? Of vormen om water in te doen en over te gieten in een andere vorm? Gewoon speelgoed waardoor kinderen van alles spelende wijs leren. Het ontbreekt omdat de ouders er domweg geen geld voor hebben. Ook de pre-school heeft maar een zeer beperkte hoeveelheid speelgoed. Dus wie nog wat overheeft, je kan er nog iets goeds mee doen! Er zijn 2 leraressen en die worden door de gemeenschap zelf betaald. Ze hebben een salaris van ongeveer 500 Taka (=10 euro) per maand. De ongeveer 24 kinderen tekenen allemaal braaf een bloem. Ik maak een foto en een van de jongetjes begint te huilen. Hij is niet meer te troosten en wordt maar afgevoerd naar zijn moeder. Als afscheidt willen ze natuurlijk demonstreren dat ze al een Engels versje kennen en die laten ze horen.

Klf-040303-011

Klf-040303-013

Weer op naar het volgende project. Veel boeren verbouwen rijst en andere weer tabakplanten. De tabaksboeren zijn erg slecht af. Om de planten/zaden te kopen moeten ze een lening afsluiten bij de tabaksfabriek. Die bedingen daarbij ook gelijk een verkoopprijs. Die is dus danig laag, dat de boer geen winst maakt. Het levert dus eigenlijk niks op. En die gekke planten kan je ook niet gebruiken voor je eigen voedsel. Kortom hopeloze situatie. Plan leert een aantal boeren dat ze beter andere gewassen kunnen verbouwen, zoals watermeloen, komkommers, papaos. Deze gewassen leveren meer op en zijn ook nog eens erg goed voor eigen gebruikt. Een oude boer vertelt dat hij na een investering van 1000 Taka, nu al een opbrengst heeft van 4000 Taka, terwijl er nog heel veel gewassen op het veld staan. Maar een klein gedeelte van de dorpbewoners hebben een eigen stukje land, andere verdienen geld om bij de boer op het land te werken. Ook leert Plan de boeren hoe ze in de verschillende seizoenen verschillende gewassen kunnen verbouwen en meer opbrengst kunnen krijgen.

Klf-040303-014

We komen bij een school voor kinderen die, om wat voor een reden dan ook, niet het gewone onderwijs kunnen volgen. Zeg maar de ambachtsschool. Hier leren ze een beroep zoals naaien, kaarsen maken en hout bewerken, voor het maken van meubels en andere dingen. Een aantal zijn nu bezig met borstels voor de schoolborden. De kinderen leren hoe ze een bestaan op kunnen bouwen. Wat ze maken wordt verkocht, daarvan worden weer de nieuwe materialen gekocht en de leerlingen krijgen een klein beetje van de winst. Een jongen vertelt heel trots dat hij al 100 Taka heeft gespaard! En dat terwijl hij ongeveer 2 Taka per week verdient. Ze hebben ook een mogelijkheid om via de school een lening te krijgen om bv zelf een naaimachine te kopen om voor zich zelf te beginnen. Als we weg willen gaan worden we tegen gehouden door een van hun. Of hij wat mag vragen aan ons. “Wat is onze naam?”, “Waar komen we vandaan?” en “Wat is ons dagelijkse eten?” En een aantal dames geven ons een bosje bloemen. Net geplukt en aan elkaar gebonden. Niks hebben en toch wat geven.

Klf-040303-015

We eten een goed verzorgde maaltijd op het veldkantoor. En ‘s middags ga ik toiletten bezoeken!? Wat bedoel je toiletten bezoeken? Plan is in een nieuw dorp begonnen en het eerste project dat ze gedaan hebben, is de hygiëne verbeteren. De mensen scheten overal en het hele dorp stonk naar het een en ander, niet nader te omschrijven luchtje. Gevolg natuurlijk allemaal ziektes. Om dat aan te pakken, hebben de bewoners met medewerking van Plan toiletten geplaatst. Nou dat was het eenvoudigste gedeelte van het project. Nu moeten de mensen nog leren dat ze de toiletten gaan gebruiken. Het is natuurlijk veel makkelijker om gewoon langs de kant van de weg je behoeften te doen, dan helemaal naar een toilet te lopen. Ze vertellen de mensen waarom het van belang is. En dat doen ze door middel van toneelstukken, opgevoerd door de kinderen. Vol trots neemt een van de vrouwen me mee naar allemaal verschillende toiletten. Ze bestaan uit een gat in de grond, met daar omheen een rieten hutje, bijna is alles van natuurlijke materialen gemaakt. Ze kunnen de toiletten voor 2 jaar gebruiken en dan moeten ze een nieuw gat in de grond graven. Die mensen moeten ook wel gedacht hebben. Komt zo’n rare vent onze toiletten bekijken en daar ook nog foto’s van maken?????

Klf-040303-020
Op de terugweg stoppen we nog bij een bakstenen “fabriek”. Dit had ik gevraagd omdat ik die fabrieken al in Pakistan, India en Nepal had gezien, maar ik had nooit de gelegenheid gehad om te zien hoe ze werken. De hele fabriek is een hoop stenen en met daarop 1 of 2 schoorstenen. Ze stapelen de stenen zodanig op dat er gaten tussen zitten, tot een hoogte van 3 a 4 meter. Dan gooien ze houtskool tussen de stenen en verplaatsten de schoorsteen boven de houtskool. Vervolgens steken ze de houtskool aan. Op die manier worden de stenen gebakken. Terwijl de stenen gebakken worden, stapelen ze weer nieuwen enz, enz. Een aantal bewoners van de dorpen werken in deze “fabriek”.

Klf-040303-024
Terug op het veldkantoor is mijn dag nog niet over. Plan heeft Frances een aantal maanden geleden gevraagd om een onderzoek te doen, naar wat het effect is van de pre-school en het opleiden van de moeders. De moeders krijgen cursus hoe ze de ontwikkeling hun kleine kinderen (0 tot 3) kunnen bevorderen. En de pre-school bereidt de kinderen voor op het gewone onderwijs (zie stuk boven). Frances wil een presentatie geven over de voorlopige resultaten van haar onderzoek. En aangezien we samen terugrijden, moet ik wachten. Ik vraag of ik de presentatie mag bij wonen en dat is het geval. Ze heeft onderzoek gedaan in dorpen waar moeder & kinderen aan het onderwijs programma mee doen en in dorpen waar dat niet het geval is. Het blijkt dat de kinderen die deelnemen aan het onderwijs programma, veel beter voorbereidt zijn dan in de dorpen waar de kinderen & moeders niet opgeleid zijn. Wel geeft Frances aan dat de ontwikkeling van de kinderen niet zover is, als ze had verwacht na een jaar school. Ze vertelt wat er verbeterd kan worden in de onderwijsmethode en welke materialen daar bij nodig zijn. Om een klein voorbeeld te geven, in het lesmateriaal wordt uitgelegd hoe kinderen een vis, een vlag en een bloem kunnen tekenen. Dat leren ze in het begin van het schooljaar. Aan het eind van het schooljaar tekenen de kinderen een vis, een vlag en een bloem! Waarom? Omdat dat in het lesboek staat en de onderwijzers niet gewend zijn om zelf iets creatiefs te verzinnen. De kinderen worden niet gestimuleerd om iets anders te tekenen. Verder zijn er niet genoeg “leesboeken”, goede blokkendozen (met verschillende vormen) etc, etc. Het zijn kleine dingen maar die maken een groot verschil. Goed om te zien dat Plan kritisch naar zichzelf kijkt en op die manier probeert te leren waar ze hun aanpak kunnen verbeteren.

Dat was mijn kennismaking met Zonab Ali, een lange en vermoeiende dag. Hopelijk heeft Zonab Ali er van genoten dat hij even de belangrijkste persoon van het dorp was. De hele dag was perfect verzorgd door Plan, mijn dank hiervoor. En weer ben ik er achter gekomen hoe ongelofelijk veel wij in het Westen weten ten opzichten van de mensen in dit soort dorpen. En hier geldt letterlijk Kennis is macht! Plan probeert die macht aan de mensen in de dorpen te geven. Een van hun grootste bezigheden is dus ook mensen opleiden.

Groetjes en veel liefs,

Frank