Dit is weer een bericht over een bezoek aan een Plan project. Nu in Indonesië. Ik heb al het een en ander mee gemaakt en ben vaak hartelijk ontvangen door de Plan medewerkers. Maar Indonesië slaat alles. Het lukt me niet om 1 project te bezoeken. Ik moet er twee bekijken. In totaal word ik twee en een halve dag zoet gehouden, met praten en bezoek afleggen. Oké, ik moet er even bij zeggen dat ik Zubedy, een van de Plan medewerkers uit Indonesië, in Delhi tegen gekomen ben toen ik daar het project bezocht. Ik heb hem een e-mail gestuurd en hij heeft geregeld dat in op Sumbawa een project kon bezoeken. Daar kwam ik Zubedy ook tegen en toen hij hoorde dat ik ook naar Flores ging wilde hij natuurlijk ook een project van zijn district laten zien.
Als eerste ging ik dus naar Dompu in Sumbawa. Plan is hier vanaf 1996 actief in z’n 12 dorpen met een totaal aantal sponsor kinderen van 4785 (heb ze niet allemaal nageteld). Plan zorgt weer voor de kleine dingen die grote invloed hebben op het leven van de bewoners. Als eerste zie ik een pomp project. Sumbawa kent een regenseizoen, dwz 4 maanden regen per jaar (okt t/m jan) en de rest droog, gort droog. Het eiland is nu geheel bruin, want het is aan het einde van de droge periode. Dit klimaat heeft tot gevolg dat de boeren maar een oogst kunnen oogsten omdat het de rest van het jaar te droog is.
Daar is natuurlijk wat op te vinden. Plan heeft pompen geleverd en de mensen getraind hoe ze de pompen kunnen onderhouden. Een pomp kost ongeveer 2 miljoen irupees (=200 euro). De mensen die lid zijn kunnen de pomp huren oor 25.000 per dag en niet leden voor 50.000 per dag. Dat geld wordt gebruikt om de pomp te onderhouden en brandstof. De pompen halen het water ongeveer 16 meter diep uit de grond en met behulp van “brandweer”slangen kunnen verschillende akkers bewaterd worden. Het is hiermee mogelijk om 3 oogsten per jaar te krijgen van een stuk land.
We bezoeken een boer die geleerd is om meerdere verschillende planten te kweken, bv watermeloenen. Het is fruit dat wat moeilijker is om te kweken. De boeren dachten dat het onmogelijk was. Maar met wat speciale aandacht & techniek is het wel mogelijk. Dus dat is ze geleerd en de vrucht brengt weer meer geld op, als ze het verkopen in de markt. Daar gaat het tenslotte om. Ik babbel wat af met de Plan medewerker en soms hebben we even een kleine communicatie probleem. Zo stonden we naast een veld met kleine plantjes, ongeveer 10 cm hoog. En toen vertelde een Plan medewerker dat het kokosplanten waren. Nu weet ik niet veel over bloemetjes en plantjes, maar van kokosbomen weet ik het een en ander. Het is namelijk een van de gevaarlijkste bomen ter wereld. Jaarlijks is de kokos verantwoordelijk voor enkele doden! Jawel als zo’n kokosnoot naar beneden valt, op je hoofd, heb je weinig kans om het na te vertellen. Nu kon hij me veel vertellen dit plantje was geen kokosboom! Na veel heen en weer gepraat kwamen we er achter dat hij pinda plantjes bedoelde. De boer kweekt pinda’s voor de door mij geliefde pindasaus.
Daarna gaan we naar een microfinance “instituut”. Dat wil zeggen Plan leert de mensen hoe ze samen kunnen werken om daar profijt van te hebben. Iedereen die lid is spaart 500 rupies (= een halve euro) per maand. Hier krijgen ze rente over. Degene die willen kunnen dan een lening krijgen, waarover ze natuurlijk weer rente moeten betalen. Zeg maar bank spelen, maar dan in het klein. Ze zijn begonnen met 50.000 rupees en hebben nu 13 miljoen in kas. Als ik daar kom worden vol trots de kasboeken er bij gehaald en wordt alles geshowd hoe het werkt. Een boer heeft een lening gehad van 100.000 rupees (=10 euro, iets wat ik gewoon uitgeef zonder erbij na te denken). Hij kan daarvan zaad of een kalf kopen. Om zo weer meer geld te verdienen. Dit zijn zulke kleine bedragen dat geen enkele bank er ook maar een seconden in geïnteresseerd is, om te verstrekken aan de boer. Maar voor hem is het wel een mogelijkheid om zijn situatie te verbeteren.
Vol trots wordt de boekhouding van de “bank” getoond.
‘s Middags ontmoet ik kinderen van de kinderraad. Ook hier worden de kinderen betrokken bij het 0ontwikkelingswerk. Hoewel ik de indruk heb dat het nog niet zo vergevorderd is als in Delhi, maar ze zijn ook nog niet zolang bezig. Ze verwelkomen me door te zingen en muziek te maken. Ze houden zich op dit moment bezig met speel activiteiten, rechten van het kind en registratie van de pasgeborene. Rechten van het kind, in kleine dorpen in Indonesië hebben de kinderen eigenlijk geen enkele rechten. Vaak is het ook zo dat vader eerst eten krijgt en als er wat over is de kinderen. Dus de rechten van de kinderen is nog nieuw en totaal onbekend.
Registratie in Indonesië voor een kind is officieel volgens de wet gratis, maar het kost 6.000 tot 15.000 per kind! Afhankelijk van de ambtenaar en hoeveel geld hij nodig heeft. Ook de Plan medewerker verteld dat hij voor de registratie van zijn kind heeft moeten betalen. De kinderen vertellen aan de ouders van pasgeborene wat de voordelen zijn van de registratie. En vooral dat ze het moeten doen.
Een van de andere taken die de kinderraad op zich heeft genomen is bijles geven. Kinderen die moeilijkheden met leren hebben kunnen bijles krijgen om zo extra te leren om bij te blijven op school. Samen bouwen aan de toekomst! Als laatste staat op het programma een bezoek aan boeren die uit Bali komen. De overheid wil nog al eens mensen verplaatsen van dicht bevolkte naar minder bevolkte eilanden. Zo ook deze mensen. Het leuke is dat ze harde werkers zijn en ook samen werken om het beste resultaat te bereiken. Plan heeft ze 11 koeien gegeven om mee te fokken. Het is een succes en nu hebben de boeren inmiddels (na 3 jaar) 40 koeien. Een koe kost 100.000 tot 1,4 miljoen. Nu moet Plan zelfs oppassen dat het niet te goed gaat met de boeren anders worden de oorspronkelijke bewoners van Sumbawa jaloers en krijg je scheven ogen.
Ze laten me nog twee jongens zien die gehandicapt zijn en van Plan elk een rolstoel hebben gekregen om meer bewegingsvrijheid te hebben. Helaas is hun ziekte erger geworden en nu kunnen ze rolstoelen niet zelf meer voortbewegen, maar moeten ze geduwd worden.
Einde van dag 1, althans van de officiële bezoek, ‘s avonds ga ik met twee medewerkers “stappen”. Er is in Dompu een talenten wedstrijd. Lokale bands treden op, in totaal 15 bands, en natuurlijk een winner. Het is erg leuke muziek voornamelijk in Indonesisch. En natuurlijk ben ik de enige blanken en dat leidt tot wat hilariteit. Veel jonge meiden staan giechelend met me te flirten en stoere jongens durven “he mister” te roepen. De Plan medewerkers moeten er ook wel om lachen. Als halve wegen de avond de drank al op is, weet je weer dat je in Azië bent. Om twaalf uur stoppen ze gewoon met de mededeling dat het te laat is om de laatste 4 bands te laten spelen. Die moeten morgen avond maar terug komen. Kan je het voorstellen in NL!
De volgende dag wordt ik weer opgehaald en naar het Plan kantoor gebracht. Nu niet om het veld te bezoeken, maar om te babbelen. De Plan medewerkers willen graag leren van mij! Ik heb natuurlijk al aardig wat projecten gezien. In ieder geval veel meer dan hun en ze willen weten wat ze Plan in andere landen doet of hoe ze iets kunnen verbeteren. Ik weet hoe moeilijk het is om in grote bedrijven te voorkomen dat mensen het wiel opnieuw uitvinden. Binnen IBM is dat een hele studie en moesten we vaak ook andere bedrijven adviseren. En natuurlijk geldt dat ook voor een organisatie als Plan Internationaal. Werkzaam in zoveel verschillende landen, met zoveel verschillende culturen & problemen. Nooit bij stil gestaan. Ik vertel ze wat ik gezien heb en wat in verschillende landen een succes geweest is.
Dat was weer een halve dag. Nu op naar Flores, met de boot en bus. Na een week kom ik in Maumere aan.
Dag 3 in Sikka district. Maandag wordt ik weer opgehaald. In dit district was Plan in eerste instantie actief in samenwerking met andere 5 NGO’s. D.w.z. dat het Plan kantoor relatief klein was en dat het meeste veldwerk door andere NGO’s werden gedaan. Helaas deze samenwerking was niet zo’n succes, omdat de ander NGO’s het niet zo nauw nam met de manier waarop Plan te werk gaat. De correspondentie tussen de sponsor kinderen en de sponsor ouders liep niet naar wens. Plan heeft dus besloten om het geheel zelf te doen met nog een kleine samenwerking met 2 NGO’s. Deze verandering is in november vorig jaar ingegaan.
Ik leer al gauw dat het werk hier iets anders aan toe gaat dan bij andere gebieden waar ik ben geweest. Hier zijn veel gebieden die alleen te bereiken zijn door 2 tot 4 uur te lopen! Ik zie een medewerker op pad gaan inclusief grote rugzak vol brieven en geschenken. Plus natuurlijk eten en drinken. En dat met die hitte hier, het is behoorlijk warm hier op Flores. Dit wordt me bespaard gebleven. Hoewel ik het eigenlijk graag had gedaan, maar het kost te veel tijd. Ik ga naar dorpen waar je nog met een auto kan komen.
Een Plan medewerker gaat op weg naar het veld.
Als eerste komen we bij een school aan, het klassieke voorbeeld van ontwikkelingswerk. Een nieuwe school bouwen. Behalve het bouwen van de nieuwe lokalen worden ook de oude lokalen gerenoveerd. Het ziet er niet alleen een stuk beter uit, is het ook een stuk aangenamer. In het oude gebouw is de temperatuur gestegen tot een zeer onaangename hoogte en in het gerenoveerde & nieuwe gedeelte is het relatief koel.
De gezondheid van de kinderen is hier een probleem, ongeveer 16 % van de kinderen is afwezig door ziekte. De meeste kinderen krijgen te eenzijdige voedsel waardoor ze ondervoed zijn. Dit heeft weer gevolgen voor de ontwikkeling van het kind zowel geestelijk als lichamelijk. Dus daar wordt aandacht aan besteed, door eens per week gezamenlijk te eten. Ook is hygiëne een aandachtspunt. Ze hebben nu ingevoerd dat kinderen hun handen moeten wassen voor ze de klas binnen gaan en een keer per week moeten ze met z’n alle hun tanden poetsen. Er is een gebrek aan water waardoor ze het niet vaker doen. Het ziekte verzuim is bijna gehalveerd, tot onder de 10%.
Verhuizen naar de nieuwe les lokalen.
Daarna gaan we naar een hulppost. Het is de kraamhulp. In vroegere tijden gingen de zwangere vrouwen naar de traditionele genezers om te bevalen. Die hadden daar niet zo’n kaas van gegeten van bevallingen en er overleden z’n 2 van de 3 nieuw geboren kinderen! Nu heeft Plan samen met ander NGO’s en de regering de hulpposten ingevoerd. Daar is een professionele zuster die in het dorp woont en de bevalling verzorgt. De moeders gaan nog steeds naar de traditionele genezer en die brengt de moeder naar de hulppost (je moet die persoon wel blijven respecteren en niet tegen de kop stoten anders heb je een ander probleem). In de hulppost bevallen de vrouwen dan. Sinds dit ingevoerd is, zijn er geen kinderen meer tijdens de bevalling gestorven. Plan heeft voornamelijk materiaal in de hulppost geleverd. Een van de dingen die ze ingevoerd hebben is de rode vlag. Als geconstateerd is dat een vrouw een risico zwangerschap heeft en in het ziekenhuis moet bevallen, wordt er een rode vlag aan het huis gehangen. Dit betekend dat alle bewoners van het dorp die vrouw in de gaten moeten houden. Zodra er iets mis is, zijn de andere dorpsbewoner verplicht om te helpen De vrouw moet dan gelijk naar het ziekenhuis gebracht worden in Maumere en niet naar de hulppost. Dit gebeurt wel vaak achter op de motor! Tot ze ergens een taxi tegen komen.
Als laatste gaan we naar een dorp ver weg. De medewerker vertelt dat hij er normaal op de motor naar toe gaat en dan in het dorp blijft overnachten en de volgende dag terug gaat. Hier hebben ze weer een school gebouwd en een watervoorziening gebouwd. Het water wordt met behulp van 4 kilometer pijpleiding naar het dorp geleid. Zodoende hoeven de mensen niet zo ver te lopen om water te halen. De kinderen vinden het prachtig dat ik foto’s maak en spelen lustig in het water. Plan heeft het voornemen om nog een dorp in de buurt ook van z’n installatie te voorzien: kosten 5 miljoen (=500 euro). Een eerdere actie was om de dorpsbewoners van betere huizen te voorzien. Allen dat werkt niet goed. De bewoners die nog geen nieuw huis hadden werden jaloers op degene met een nieuw huis. Dat bevordert de samenwerking niet.
Teletubbies ook ver weg in Indonesië!
De Plan medewerker geeft aan dat hij het moeilijkste van zijn werk vindt om te praten over kinderrechten. Dit zijn de mensen geheel niet gewend en daar ondervindt hij weerstand. Op de terugweg stoppen we bij een ander dorp en de plan medewerker praat met wat mensen en er gaat een vrouw mee naar Maumere de grote stad. Ze krijgt een training van Plan en andere NGO’s over hoe ze les kan geven aan analfabeten in hun dorp. Er worden uit verschillende dorpen mensen opgeleid om hun mede dorpsbewoners te leren lezen & schrijven. Ik kom bij de training en het gaat er net zo aan toe als bij onze trainingen. Ze worden 5 dagen in een hotel gestopt en krijgen daar eten en drinken gedurende die dagen. Het leuke is dat het “hotel” in bezit is van een andere NGO, waar Plan mee samen werkt. Het eten is een eenvoudig buffet en ik word natuurlijk gevraagd om er aan deel te nemen. Ik wil graag als laatste, want ik weet dat veel mensen uit arme dorpen komen en ik wil niet hun eten uit de mond nemen. Helaas ik ben gast en moet als eerste gaan. Wel een raar gevoel als vol en vet gevreten westerling, terwijl de andere waarschijnlijk niet gewend zijn om “zoveel” eten in overvloed te zien. Gelukkig is er genoeg voor iedereen.
Waarom zou je stoelen gebruiken?
Om 9:30 zijn we pas terug op het Plan kantoor en niks verbaasd me dat er nog een aantal medewerkers aanwezig zijn en dat er een aantal terug komen van hun veldwerk.
Nou dit was waarschijnlijk het laatste Plan verslag. Want ik denk niet dat Plan actief is in Australië en NZ. En ik heb niet het plan om nog meer landen te bezoeken waar ze actief zijn. Maar je weet maar nooit. Ik wil Plan bij deze bedanken dat ik in de gelegenheid was om de projecten te bezoeken. Het was voor mij erg leerzaam om ook de andere kant van een mooi toeristisch land te zien. Dus bedankt!
Groetjes Frank